Rijksmuseum

Het Rijksmuseum opende, als Nationale Kunstgalerij, voor het eerst in 1800 zijn deuren.
Het was toen gevestigd in het Huis ten Bosch in Den Haag. De collectie omvatte voor-
namelijk schilderijen en historische voorwerpen. In 1808 verhuisden de collecties op
bevel van de nieuwe koning Lodewijk Napoleon naar Amsterdam. De kunstwerken en voorwerpen werden ondergebracht in het Paleis op de Dam. Daar werden ze verenigd
met de belangrijkste schilderijen van de stad, waaronder de Nachtwacht van Rembrandt.
Enkele jaren nadat Willem I als nieuwe koning in 1813 naar Nederland was teruggekeerd, werd het museum als ‘Rijks Museum' samen met de uit Den Haag afkomstige nationale prentencollectie overgebracht naar het Trippenhuis, een 17de-eeuws stadspaleisje aan
de Kloveniersburgwal. Het Trippenhuis was als museum ongeschikt. In 1878 werd met
de bouw van een nationaal museumgebouw begonnen. De architect, Pierre Cuypers,
had voor het Rijksmuseum een ontwerp in historische stijl gemaakt, een mengeling
van gotiek en renaissance. In 1885 werd het officieel geopend.
Omdat de collecties voortdurend groeien en museale inzichten doorlopend veranderen,
is in de loop van de tijd nogal veel aan het Rijksmuseumgebouw gesleuteld. Vooral in
de jaren '70 bereikte het aantal bezoekers recordhoogtes, tot bijna anderhalf miljoen
per jaar. Het gebouw ging steeds minder voldoen aan de moderne eisen die aan een museum moeten worden gesteld.
Vanaf december 2003 tot 2008 beleeft het Rijksmuseum Amsterdam de grootste
verbouwing, renovatie en vernieuwing in zijn geschiedenis. Het Rijksmuseum krijgt hierbij
de oorspronkelijke structuur van Cuypers terug. Gedurende deze periode blijven de topstukken uit de 17de eeuw van het Rijksmuseum voor het publiek te zien onder
de titel De Meesterwerken. In de nieuw ingerichte Philipsvleugel wordt hier de kans
geboden om de hoogtepunten uit de Gouden Eeuw in een verrassende samenstelling
bij elkaar te zien. De ruim 400 meesterwerken zijn vanaf 20 december 2003 in de Philipsvleugel te bewonderen.

Link
www.rijksmuseum.nl

 
 
 
 

©2009 Dori Kaden